Combinatie Noordhorn-fietsen, seizoensinvloed…..
Niet alleen is wielrennen in het Grote Nieuws permanent aanwezig (de Giro d’Italia achter de rug, de Tour de France op komst met Mollema-verwachtingen…), ook regionaal speelt het ‘pedaleren’ een opvallende rol. De Ronde van Noordhorn staat opnieuw op de wieleragenda, nu als onderdeel van de Meerdaagse Noordenveld/Westerkwartier. ‘Noordhorn’ wordt verreden op vrijdag 3 juli aanstaande, met dank aan het enthousiaste duo Jasper Been/Mart Menger die zich ontpoppen als waardige opvolgers van organisator Digna Heemstra.
Fietsen hoeft niet altijd om de snelheid te gaan, je kunt het recreatief beoefenen zoals velen doen, al of niet op een racekarretje van een bekend merk. Voorbeeld? Marjan Rodenboog-Velthuis, 56 jaar jong inmiddels, regelmatig fietsend aan te treffen. Soms als lid van een wielerclub, en dan gaat het behoorlijk hard, soms op haar gewone tweewieler, op haar dooie akkertje langs de Mokkenburgweg. Een gesprek met een rand-Noordhorner, o.a. over fietsen:
Voor het eerst in mijn bestaan als amateur-interviewer schuif ik bij een oud-leerling aan tafel. Bijna 50 jaar geleden zat ze in de allereerste klas die ik zelfstandig onder mijn hoede kreeg, de derde klas van de O.L.S. Zuidhorn, toen nog gevestigd in het solide gebouw aan de Frankrijkerlaan: Marjan Velthuis, tweede dochter van deurwaarder W.Velthuis en zijn echtgenote J.Velthuis-Wedda. Marjan is geboren in april 1959, in Groningen, waar haar ouders en oudste zus Rita destijds woonden. Vanuit de Stad volgde de verhuizing naar Noordhorn, naar de noordelijke helft van het opvallende Homanpand aan de Langestraat (Midden).
Marjan op de slee, zus Rita links, Langestraat 38a
Hier kwam zoon Rick ter wereld, de behuizing werd te klein en verruild voor een woonhuis met kantoor aan De Gast 9 in Zuidhorn. Ruimte ook voor jongste Velthuisdochter Irene, die het kinderkwartet volmaakte.
Herinneringen aan de niet zo heel lange Noordhornperiode?! Ja, vooral aan kleuterjuf Roest, bij wie zus Rita op de Nutskleuterschool zat. “Juf Roest ging altijd met de bus, stapte niet zo ver van ons huis uit en liep dan naar de Oosterweg. Ze kreeg dan vaak een cracker van mijn moeder, omdat ze zo lang onderweg was…” Oud-Noordhorner Roelof van der Veen (slagerszoon) heeft nog wel eens tegen Marjan gezegd: “Jouw vader en dominee Cuperus waren opvallende verschijningen, ze waren beiden jong, altijd keurig gekleed, ‘in pak’… En jouw moeder was een knappe vrouw!” Marjan ging in Zuidhorn naar de openbare kleuterschool “t Bijenkorfje” en daarna vier jaar naar de O.L.S. aan de Frankrijkerlaan. Herinneringen aan leerkrachten als hoofdmeester Wibbens, meester Bolhuis, “met zijn sigaren en zijn staartdelingen”, juf Wijnalda, “een lieve juf”… De schoolreizen niet te vergeten, “naar Drouwenerzand, meerdere klassen in de bus, ouders mee…” De komst van een jonge onderwijzer als ik was voor Marjan een verademing. Ze weet nog van de bezoekjes na de geboorte van de oudste in huize Blaauw aan de Cleveringalaan, “je stond dichtbij ons!”
Marjan als leerlinge in de 3e klas van de O.L.S. Frankrijkerlaan
Medeleerlingen? O.a. de Feldbrugge-tweeling (Trees en Carolien) en vriendin Christi van Proosdij die net als Marjan na de vierde klas naar de vestiging van de Groninger School Vereniging in de Muurstraat ging, in Groningen. “Het viel ons eerst bar tegen, met de trein naar de stad, de hele dag van huis… De vierde klas nog eens… Maar het wende en na drie jaar nam ik moeilijk afscheid van de vriendengroep die in de klas was ontstaan.” Marjan benadrukt dat de schoolverandering voor haar van grote betekenis is geweest. De “Muurstraatschool” stond bekend als een ‘eliteschool’, “maar dat beleef je als kind niet zo. Voor mij is die overgang bepalend geweest voor mijn verdere leven.” Ze heeft er veel contacten gekregen, haar wereld was beduidend groter geworden. Het “achter zijn” met vooral een vak als rekenen was vervelend, en handwerken? “Ik had zo de pest aan handwerken! Ik gedroeg me ook hartstikke vervelend en moest vaak een keer de klas uit. Waarom? Omdat ik het niet rechtvaardig vond, alleen de meisjes moesten handwerken, de jongens deden leuke dingen met bijv. houtbewerking. Dat wilde ik ook!”
Na de lagere school stapte Marjan over naar de Harm Jan Zondag MAVO in stadswijk “De Wijert”. Was ze eigenlijk wel een ‘leerder’? “Ik liep wel altijd met boeken onder de arm…” Nee, het leren lag haar niet zo, ze was snel afgeleid. Na het behalen van het MAVO-diploma wilde ze ook beslist niet naar de HAVO. Het CIOS, de opleiding voor sportleraar, leek haar wel wat, maar ja, daar waren 800 aanmeldingen en werden er 150 geplaatst. Nee, Marjan was daar niet bij… Een teleurstelling, ze had ook geen “plan B”. Uiteindelijk ging ze in Groningen de opleiding volgen tot apothekersassistente, aan de Herebinnensingel, “er ging een wereld voor me open in de Groninger binnenstad….” Veel natuurkunde, anatomie, receptuur, en Latijnse namen… Het examen vond ze een ‘crime’, maar ze haalde haar diploma wel. “En toen dus solliciteren!” Ze kon meteen op gesprek bij apotheek Sissing aan de Grote Markt. Echter, een ding wist ze zeker: “Hier wil ik niet werken….” Ze liet dat ook wel doorschemeren, maar kreeg toch de baan aangeboden. Impulsief zei Marjan: “Ik zie er van af!” Ze was toen al op kamers aan de Westersingel, nam later de duplexwoning over van zus Rita aan de Westindische Kade. Verder solliciteren bleek moeilijk, maar uiteindelijk belandde ze op de apotheek van “Licht en Kracht/Port Natal” bij Assen. Doorzettend haalde ze ook aanvullende diploma’s.
Vanaf 1979 kende ze Gerrit Rodenboog, vanuit het uitgaansleven. In 1982 kochten ze het huis waarin ze nog steeds wonen, aan de rand van Noordhorn, Langestraat 107.
Het huis stond al vrij lang leeg, de erven Noordhof waren blij met de verkoop, Gerrit en Marjan ook. Er moest wel het nodige worden aangepast, een drukke periode, reizend van Noordhorn naar Assen, vice versa. Zo’n vier jaar hield Marjan het nog vol, ze vroeg zich wel steeds vaker af: “Waar ben ik nou eigenlijk mee bezig? Wat geef ik allemaal af aan medicijnen?!” Er volgde een periode van bezinning. “Als jong meisje wilde ik altijd graag ‘dienstbaar’ zijn, iets in de zorg of het onderwijs. De verpleging? Nee, had ik al opzij geschoven…” Een ontmoeting met peuterleidster Anneke Visser-Paap bleek beslissend. “Via Anneke ben ik in het peuterspeelzaalwerk terecht gekomen! Ik werd geschikt bevonden, ben wel weer gaan leren, MBOIW… Inrichtingswerk…Duurde drie jaar, met een stageplek in Noordhorn. Eén dag in de week naar school, de andere dagen aan het werk. En ja, ook dat diploma haalde ik!” Ingrijpende gebeurtenissen in deze periode? Zoon Gert Jan werd in 1993 geboren, “en Anneke Visser stopte, stapte over naar het zwemonderwijs!” Marjan kreeg praktisch gesproken 1½ groep peuters, werkte zowel in Noord- als Zuidhorn, werd zich bewust van bepaalde verschillen tussen de dorpen. “Het groeten bijvoorbeeld, en even een praatje maken met iemand als groenteboer Arends!” Marjan was tot 2006 betrokken bij het peuterspeelzaalwerk, stapte daarna over naar de buitenschoolse opvang. “Betekende voor mij meer vrijheid, meer gevarieerde activiteiten!” Intussen kwam de kinderopvang wel onder druk te staan, kreeg forse klappen door de recessie. Ze staat nog steeds op de personeelslijst van de kinderopvang, maar aan het werk is ze momenteel niet. “Als ik niet vanuit mijn hart kan werken, is het voor mij niet te doen! Bovendien, je hebt elkaar nodig! Ook in een dorp als Noordhorn. We wonen aan de westelijke rand en dat bevalt ons uitstekend.De natuur, de ruimte…. Heerlijk! Even Mokkenburg rond… Lopen of fietsen, ook met kinderen… Kleedje mee, insectendoosje..” Niet alleen de natuurlijke ruimte rond Noordhorn bevalt Marjan goed, ook het verleden interesseert haar. Ze is bij enkele bijeenkomsten van de Werkgroep Noordhorns Verleden geweest, “bij de stamtafelgesprekken!” Volgens Marjan speelt het verleden altijd een belangrijke rol. Haar devies: “Wat er is, strijdt ervoor! Zoals de basisschool bijvoorbeeld. Dat is toch mooi dat het zo kan, met een Samenwerkingsschool?!” Ze is zich er wel van bewust dat ze nu “losser” van het dorp staat, nu zoon Gert Jan studeert. “Toen Gert Jan op de basisschool zat, was je meer een onderdeel van het dorp!” En het thema “FIETSEN”?! “Ik was als kind al een ‘grage’ fietser, maakte vaak tochtjes met mijn ouders. We logeerden ook vaak bij opa en oma op de boerderij in de buurt van Assen. Daar hebben we ook veel gefietst! Later in het voortgezet onderwijs op de fiets naar school in Groningen, met een grote groep vanaf het gemeentehuis in Zuidhorn!” En de racefiets? “De racefiets kwam in beeld, toen ik Gerrit leerde kennen, rond 1980. We hebben toen beiden een racefiets gekocht. Dat heeft met onze plattelandsafkomst te maken, al woonden we in de Stad. De drang ‘naar buiten’!” Wedstrijdsport? “Nee, we fietsten vooral recreatief, ruimte en sfeer proeven in het buitengebied. Ik heb niet zo veel met rondes als de Tour de France, ik ben een passieve kijker, maar een actieve doener!” De volgende maand bestaat de Zuidhorner fietsclub “Voor de Wind”, waarvan Marjan een trouw lid is, 15 jaar. “Het is ontstaan vanuit een vriendengroep, vooral ook oud-voetballers, die in beweging wilden blijven. De fietsende vrouwen zijn er ruim 10 jaar bij, na een initiatief van Brandt Bos zijn vrouw die een oproep plaatste in een krant.” Elke dinsdagavond is het fietsavond, wordt er verzameld bij hotel “In ’t Holt” in Zuidhorn, zijn er ‘voorrijders’ die de route bepalen. “Nee, je hoeft echt niet elke dinsdagavond mee te doen, het moet vooral leuk blijven!” Marjan is ook op Majorca aan het fietsen geweest (via Digna Heemstra, die daar dit jaar erg ongelukkig ten val kwam…)
Marjan op Majorca
en ontvangt het maandblad van de NTFU met de Toertochtenkalender. “Je bepaalt zelf waaraan je meedoet, het is een individuele keuze! De club heeft wel elk jaar een afsluitende tocht op een zaterdag. Bekende tochten hier in de buurt? De Winsumerwierdentocht, en vanuit Burum de “Lauwerslandtocht”. In Burum hebben ze een enthousiaste vrijwilligersgroep, ze maken er altijd veel werk van!” Ja, de Drentse Rijwielvierdaagse rijdt Marjan nog steeds elk jaar, vanuit Assen, “is een soort vakantie!” “Fietsen brengt mij heel veel goeds”, aldus Marjan, “de ruimte om je heen…. ‘Het’ wordt allemaal wat minder zwaar, je krijgt meer kracht! Nee, niet alleen door het bewegen, ook door de omringende natuur. Daarom moeten we daar goed mee omgaan. Voor mij is het een soort honger die gestild wordt. Je hebt hier prachtige gebieden, achter Grootegast bijvoorbeeld, het coulissen landschap met zijn houtwallen, de diverse mossoorten, de dieren…” Wat ze in de komende jaren nog graag zou fietsen? “Het Pieterpad, maar dan op de fiets, van zuid naar noord! Beginnen in Maastricht…” Ze geeft grif toe bij het fietsen ook een periode te hebben gehad van “Al val ik er dood bij neer, ik geef niet op! Ik haakte ook eens aan bij een groepje dat hard reed, 35 à 36 km/uur. Een tocht vanaf Zernike.. Ik wilde zien of ik het kon volhouden. Dat gaf een geweldige kick! Een prachtige belevenis!” Nu fietst ze meer en vaker alleen. “Niet met gps, vaak op de bonnefooi, je ontdekt steeds meer! Fietsen brengt me vooral ook de beste ideeën! Op de fiets bedenk ik oplossingen, worden problemen lichter. Het brengt je echt wat!”(JB)
Sponsorjack…
Eerder in beknoptere vorm gepubliceerd in “Noordhorn Nu”, juli-augustus 2015, 12e jaargang nummer 7. (Maandelijks orgaan van de Vereniging Dorpsbelangen Noordhorn)